Aangetrokken door Jan Toorop's Zeeuwse schilderijen komt Piet Mondriaan in het najaar van 1908 naar Domburg. Of hij Jan Toorop toen daadwerkelijk heeft ontmoet, is maar de vraag. Het jaar erop, in 1909, brengt Mondriaan de hele zomer in Domburg door. Hij wordt geïnspireerd door de zee, de duinen en kenmerkende gebouwen, zoals de vuurtoren van Westkapelle en een molen in Domburg. Die zomer heeft hij zeker veel contact met Jan Toorop en andere kunstenaars zoals Cees Spoor die de zomermaanden in deze badplaats doorbrengen.

De bezoeken aan Zeeland zijn middenin een periode waarin Mondriaan zijn manier van werken drastisch wijzigt. Tot 1907 schildert hij naturalistische landschappen in realistische kleuren. Daarna gaat hij kleuren weergeven zoals hij ze ervaart. Deze blauwe appelboom is onderdeel van een reeks blauwe bomen, die in de periode 1908-1910 is geschilderd. Mondriaan behandelt zijn onderwerp hierin voor het eerst als motief; als afzonderlijk teken dat losstaat van zijn omgeving. Deze reeks vormt het begin van Mondriaan's abstracte manier van werken, waar hij later zo bekend mee is geworden.