Een uitgeholde koeienhoorn met ijzeren naalden. Het lijkt wat op een alternatief toiletgarnituur. Het is echter een naaldenkoker met naalden voor het naaien van zeilen. Belangrijk gereedschap dus voor een zeeman of visser op een zeilboot. Evenals de netten waarmee een visser zijn vangst moet kunnen binnenhalen zijn de zeilen ook van levensbelang. Wanneer door slecht weer een zeil van zijn hoogaars kapotscheurt, moet hij dit kunnen repareren. Zonder de wind als aandrijving ben je stuurloos op de grote brede Schelde! Nu is er soms wel een reservezeil, maar dan nog, als dat ook scheurt...

Het is begin 20e eeuw. De visserij vormt een voorname inkomensbron voor veel Zeeuwen. Ontwikkelingen gaan snel en steeds meer vissers gaan bedrijfsmatig werken. Nieuwe schepen worden van staal gemaakt, zijn gemotoriseerd en groter. Vissersschepen als hoogaars, hengst en schouw met hun typische verschijningsvorm verdwijnen geleidelijk van het water. Het zijn voortaan viskotters of nog korter, kotters. Dit alles zorgt voor een grondige verandering van de uitstraling en sfeer in de visserij. Als kleine jongen moet je letterlijk alle zeilen bijzetten om het hoofd boven water te houden. Je hebt niet het vermogen om te investeren zoals sommige anderen. Je gebruikt wat je voor handen hebt. Zo ook deze hoorn, een praktische oplossing voor een belangrijk stuk gereedschap. Noodgedwongen inventiviteit.