Leren messchede
In september 1890 schonk de Zeeuw Meinard Sprenger dit mes met schede aan het Zeeuws Genootschap. Sprenger woonde op dat moment op de Domburg ranch vlakbij een reservaat van de Zwartvoet Indianen, zo'n 90 kilometer ten oosten van Calgary in Canada.
Dit soort beverstaartmessen waren bij Zwartvoet jagers en krijgers een essentieel en veelzijdig stuk gereedschap. Het mes werd gebruikt om dieren te villen en in stukken te snijden, om brandhout te hakken en natuurlijk om jezelf in hand-tot-handgevechten te kunnen verdedigen. Met een krachtige stoot tussen de ribben, tussen het sleutelbeen of in de maag kon je een tegenstander eenvoudig uitschakelen.
Het mes bestaat uit een stalen blad met een houten greep. Op het blad is een deel van een inscriptie te lezen: 'Jukes Cou'. Dit staat waarschijnlijk voor het Britse ijzerwarenbedrijf Jukes Coulson. Via handelsposten zoals die van de Hudson's Bay Company kwam dit soort materiaal terecht bij de Zwartvoet, net trouwens als de glazen kraaltjes die voor de decoratie van de messchede zijn gebruikt. De gebruikte geometrische motieven zijn typisch Zwartvoet en zijn gebaseerd op een oudere decoratietechniek met gekleurde stekelvarkenpennen.